Een groepstraining aquarunning lijkt op een hardlooptraining op de atletiekbaan, alleen is de atletiekbaan vervangen door een baan in het zwembad, waardoor het een training met een lage impact is.
Trainingsstructuur aquarunning
Je begint samen met de andere deelnemers met een warming-up om je lichaam te laten wennen aan de inspanning die het moet leveren. Daarna volgen de beweegvormen. Deze voer je al ‘lopende’ uit en zijn gericht op draaien en keren, mobiliteit en snelheid. Na de beweegvormen begint het blokje techniek. Dit zijn oefeningen die je vanuit het hardlopen kent en ze zijn gericht op de coördinatie en timing die je nodig hebt bij het hardlopen. Daarna begint het echte werk. Je gaat lekker aan de slag met je uithoudingsvermogen en je volgt met de hele groep een intervalprogramma, waarbij net als op de atletiekbaan intensief bewegen is afgewisseld met rust. Hierna is het tijd voor de cooling-down.
Snelheidsverschillen tussen aquarunners
Snelheidsverschillen tussen de deelnemers in een baan lossen we op met lussen, waarbij de langzame deelnemers aansluiten bij de snellere als het verschil te groot is. Zo houden wij het tempo in de baan hoog en is iedereen dezelfde tijd in beweging. De snelste aquarunner ‘loopt’ dus de meeste meters in het zwembad. Je zult zien dat je in een training met elkaar eigenlijk vrij snel 1200 tot 2000 m kunt afleggen en ook nog rustpauzes hebt. Kun je meer meters aan, dan ‘loop’ je dat natuurlijk.
Een aquarunningtraining duurt 55 minuten, zodat groepen rustig kunnen wisselen.